Evolutie in modellen van Hoogbegaafdheid

Gepubliceerd op 18 oktober 2024 om 10:00

De evolutie van de verschillende theorieën en modellen met hun bijhorende verschuiving in visies op intelligentie en hoogbegaafdheid, is te beschrijven in 4 fasen. 

De eerste fase, hoogbegaafdheid op het conceptuele niveau, stelt dat hoogbegaafde kinderen hoogbegaafd worden geboren en dit ook zullen blijven hun verdere leven. Deze bepaling gebeurt door een IQ test. (Terman,1925) 

De tweede fase, hoogbegaafdheid op het sociale niveau, (1950-1970) stelde dat hoogbegaafdheid meer was dan enkel hoge cognitieve capaciteiten (Whitty, 1958). Zo wordt er vanaf dan ook gekeken naar andere factoren zoals motivatie en creatief denkvermogen (Renzulli, 1978) 

De derde fase, hoogbegaafdheid op het educatieve niveau, (1980-1990) stelde de opkomst van vele modellen inzake talentontwikkeling op scholen zoals: Bloom (1985), Gagné (1985), Piirto (1994) én de opkomst van verschillende verrijkingsprogramma’s. zoals: Integrated curriculum model (Van Tassel-Baska, 1986), Schoolwide enrichment model (Renzulli & Reis, 1997)

De vierde fase, hoogbegaafdheid op het spectrum niveau, 2000 - heden, stelt dat er grote debatten zijn over de voorgaande fasen omdat er geen consensus bestaat over wat de definitie is van hoogbegaafdheid. Waar wel enige vorm van consensus over is, is wat de huidige opdracht is, namelijk: het zoeken van een gezamenlijke visie op de ontwikkeling van talent.

(Dai,2016)